De glasramen in de kerk van Rennes-le-Château

Evenals alle andere ornamenten in de kerk van Rennes-le-Château zijn de glasramen, die Saunière liet plaatsen, een onderwerp van speculatie. Velen denken in deze glasramen door Saunière aangebrachte geheime boodschappen te ontwaren. Op deze pagina wordt onderzocht of dit mogelijk was of niet.


Besteld bij Henri Feur

In 1887 bestelde Saunière nieuwe glasramen voor de dorpskerk bij de firma van Henri Feur in Bordeaux. Dit was broodnodig aangezien er enkele jaren daarvoor een zware storm was geweest die de oude glasramen had beschadigd (Captier & Corbu 1985). Deze glasramen werden in de loop van de daarop volgende jaren geïnstalleerd door Henri Feur (Berlier, Doumergue, Dugès & Garnier 2008).

De handtekening van Henri Feur op één van de glasramen in de kerk van Rennes-le-Château
De handtekening van Henri Feur op één van de glasramen
in de kerk van Rennes-le-Château
(Foto © Beauseant 2010)

Op 30 september 1887 ontving Saunière van Henri Feur een factuur van 1350 frank voor de glasramen die geplaatst waren in het koor en het schip van de kerk. Het is opmerkelijk dat Saunière de betaling liet spreiden over vier afbetalingsdata en dit verspreid over verschillende jaren. De eerste betaling verliep op de dag van de bestelling in 1887, de drie andere afbetalingen gebeuren respectievelijk op 12 april 1897, 26 april 1899 en 7 januari 1900 (Jarnac 1985: 143-144). Velen zien hierin een duidelijk bewijs dat Saunière geen (grote) materiële schat had gevonden.


Glasramen met christelijke thema's rond Maria Magdalena

Naast vier glasramen zonder specifiek christelijk thema maar enkel met een mozaïeken- of bloemenpatroon, waren alle glasramen geïnspireerd op thema's uit het Nieuwe Testament. Het zijn de volgende:

  1. De opwekking van Lazarus
  2. Maria, Martha en Jezus in Bethanië
  3. De zending van de apostelen
  4. De zalving te Bethanië, in het ronde roosvenster van de apsis
  5. De kruisiging van Jezus, in de sacristie

Vier van deze glasramen omvatten dus een fase uit het leven van Maria Magdalena, de patroonheilige van de kerk van Rennes-le-Château; eenmaal als de berouwvolle zondares, tweemaal Maria van Bethanië en eenmaal Maria Magdalena zelf (Berlier, Doumergue, Dugès & Garnier 2008). De Kerk heeft deze drie vrouwen vereenzelvigd in de figuur van Maria Magdalena.

Men moet hier opmerken dat het belangrijkste moment uit het leven van Maria Magdalena niet werd weergegeven in de glasramen, namelijk de gebeurtenis die in de kunst vaak wordt aangeduid met de Latijnse woorden Noli me tangere (Raak me niet aan). Op Paaszondag had Maria Magdalena de verrezen Jezus als eerste ontmoet en herkend. Ze wou hem omhelzen, maar hij vroeg haar hem niet aan te raken omdat hij nog niet naar zijn Vader opgestegen was.


Bespreking van de glasramen

De opwekking van Lazarus

In het Nieuwe Testament wordt 'de opwekking van Lazarus' enkel beschreven door de evangelist Lucas (hoofdstuk 11, vers 1-46).

Het glasraam De opwekking van Lazarus

De opwekking van Lazarus
(Foto © Christian Doumergue)

Lazarus was zwaar ziek en zijn zusters Maria en Martha berichtten Jezus hierover in de hoop dat hij hem zou kunnen genezen. Tegen de tijd dat Jezus bij Lazarus arriveerde, was deze al vier dagen overleden en lag hij reeds in een rotsgraf. Jezus riep de woorden: "Lazarus, kom naar buiten!" en vervolgens kwam Lazarus te voorschijn, gewikkeld in windels en bedekt met een zweetdoek.


Maria, Martha en Jezus te Bethanië

Het glasraam 'Maria, Martha en Jezus te Bethanië' dat aan de linkerkant in het koor van de kerk staat, vertelt het verhaal waarbij Jezus op weg naar Jeruzalem ontvangen wordt door Martha in het dorp Bethanië. Terwijl Martha druk bezig was om Jezus te bedienen, zat Martha's zus Maria aan de voeten van Jezus neer om naar hem te luisteren. Martha beklaagt zich bij Jezus dat zij door haar zus niet geholpen wordt. Maar Jezus wijst Martha terecht omdat zij te druk bezig is met tijdelijke en materiële zorgen en dat Maria het beste deel heeft gekozen, namelijk de geestelijke heil die noodzakelijk is voor het eeuwige geluk.

Het glasraam Maria, Martha en Jezus te Bethanië

Maria, Martha en Jezus te Bethanië
(Foto © Christian Doumergue)

Het verhaal rond het glasraam is terug te vinden bij Lucas (hoofdstuk 10, vers 38-42).

In de kerk van Figeac bevindt zich een glasraam van Henri Feur met een gelijkaardig tafereel. Dit doet vermoeden dat Saunière het ontwerp van de glasramen niet zelf heeft vastgelegd, maar ze gewoon uit een catalogus van Henri Feur heeft gekozen (Berlier, Doumergue, Dugès & Garnier 2008).


De zending van de apostelen

'De zending van de apostelen' is terug te vinden aan de rechterkant van het schip van de kerk achter het beeld van Sint Antonius van Padua. Dit glasraam beeldt de gebeurtenis uit toen Jezus zijn twaalf apostelen opriep om het Evangelie, het woord van God, te gaan verkondigen in geheel Israël. Het verhaal achter dit glasraam vindt men terug bij Matteus (hoofdstuk 10, vers 5), Marcus (hoofdstuk 6, vers 7-13) en Lucas (hoofdstuk 9, vers 1-6).

Het glasraam De zending van de apostelen

De zending van de apostelen
(Foto © Christian Doumergue)

Dit glasraam bevat het mysterieuze woord 'ONIS', dat volgens sommigen een anagram zou zijn van 'SION' en zou verwijzen naar de Prieuré de Sion. We zullen hier aantonen dat dit niet het geval is.

Het woord ONIS in het glasraam De zending van de apostelen
Het woord 'ONIS' in het glasraam 'De zending van de apostelen'
(Foto © Alan Scott 2005)


Het glasraam 'De zending van de apostelen' werd in de nacht van 7 op 8 maart 1984 gebroken en vernield door onbekende vandalen die langs die weg de kerk waren binnengedrongen om een eeuwig brandende kaarslamp te stelen. Ze slaagden enkel in hun opzet door de lamp te breken en namen vervolgens de kapotte stukken mee (Berlier, Doumergue, Dugès & Garnier 2008).

Het glasraam werd hersteld en werd aan het einde van datzelfde jaar nog teruggeplaatst. Het is om deze reden dat dit glasraam twee handtekeningen draagt; enerzijds dat van de oorspronkelijke maker Henri Feur en anderzijds dat van de vier restaureeders (waaronder Alain Féral in die tijd gekend met zijn artiestennaam Spatz), namelijk 'ONIS 17.09.84'. Hierbij staat ONIS mogelijk voor de vier initialen van de restaureerders en 17 september 1984 was de datum waarop de laatste hand werd gelegd aan de restauratie (Berlier, Doumergue, Dugès & Garnier 2008). De inscriptie 'ONIS' zou dus een knipoog van Alain Féral en zijn companen zijn naar de fictieve orde de Prieué de Sion van Pierre Plantard.


De zalving te Bethanië

Het glasraam 'De zalving te Bethanië' is het ronde roosvenster in de apsis van de kerk en beeldt het tafereel uit waarbij Maria Magdalena, als berouwvolle zondares, te Bethanië de voeten van Jezus zalft en vervolgens zijn voeten afdroogt met haar haren.

Het glasraam De zalving te Bethanië

De zalving te Bethanië
(Foto © Beauseant 2011)

Het tafereel wordt beschreven door Matteus (hoofdstuk 26, vers 6-13) en bij Marcus (hoofdstuk 14, vers 3-9). Een variatie op dit verhaal vindt men terug bij Lucas (hoofdstuk 7, vers 36-50) waar Jezus gezalfd wordt in het huis van Simon de farizeeër. Johannes (hoofdstuk 12, vers 1-8) laat het gebeuren doorgaan bij Lazarus thuis.


De kruisiging van Jezus

'De kruisiging van Jezus', een onderdeel dat bij alle vier de evangelisten voorkomt, beeldt Christus genageld aan het kruis uit. Aan zijn linkerkant staat zijn moeder de Maagd Maria, aan de rechterkant bevindt zich de baardloze Johannes en geknield aan de stervende Jezus zit Maria Magdalena.

Een foto van dit glasraam kan hier niet gepubliceerd worden aangezien het glasraam zich in de sacristie bevindt en dit gedeelte van de kerk voor het publiek is afgesloten.


Vroeger Maison Feur, nu Atelier Bernard Fournier

Religieuze glasramen maken zat de familie Feur duidelijk in het bloed. Het Maison Feur werd in 1850 gesticht. De zoon van Henri Feur, Marcel Feur, zette de zaak van zijn vader verder. In 1939 vinden we namelijk een advertentie van het Maison Feur terug in een religieus tijdschrijft voor geestelijken:

Een advertentie van het Maison Feur uit 1939
Een advertentie van het Maison Feur uit 1939
(Foto © Jean-Luc Robin 2005)

Atelier Bernard Fournier

Het atelier Bernard Fournier op hetzelfde adres
(Foto © Atelier Bernard Fournier)

Vandaag de dag is het voormalige atelier van de familie Feur eigendom van Bernard Fournier, die eveneens een glazenmaker is! Fournier heeft geen enkele band met de familie Feur, want hij heeft het atelier in 1998 gewoon gekocht.

Bernard Fournier wist me te vertellen dat Pierre 'Henri' Feur op 18 juli 1837 geboren werd te Bordeaux. Henri was eerst een leerling van de bekende meester-glazenier Joseph Villiet en nadien diens medewerker. Op 15 augustus 1877 werd Henri Feur de opvolger van Joseph Villiet. Henri Feur sterft op 18 mei 1925, maar ondertussen had zijn zoon Marcel de zaak van zijn vader reeds overgenomen in 1918.

Marcel Feur was op 9 januari 1872 geboren en stierf op 28 september 1934. Zijn weduwe zette de zaak verder tot in 1943. Van 1943 tot 1998 werd het voormalige atelier van de glazeniers Feur een opslagplaats. In 1998 kreeg het huis zijn oorspronkelijke functie terug doordat het het atelier werd van glazenier Bernard Forunier.


Unieke glasramen of niet?

Tijdens een kort contact met glazenier Bernard Fournier vroeg ik hem of glasramen vroeger in de tijd van Saunière uniek op bestelling werden gemaakt of gewoon uit een algemene catalogus werden gekozen. Zijn antwoord was het volgende:

"Les vitraux étaient commandés suivant les thèmes choisis par les financeurs, mais le dessin servait pour de multiples réalisations."

Fournier laat dus uitschijnen dat de glasramen niet echt uniek waren, aangezien de tekeningen van de ontwerpen voor meerdere realisaties werden gebruikt. Het eerder aangehaalde glasraam van Figeac zou deze stelling kunnen bevestigen.

In een ander opzicht zouden de glasramen dan weer uniek kunnen zijn, omdat de glasramen-meesters op zijn minst kleine verschillen aanbrachten tussen uitvoeringen van dezelfde soorten ontwerpen om dusdanig toch glasramen te creëren die enig in hun soort zijn.

De vraag of de glasramen van Rennes-le-Château eventueel gecodeerd zijn met een geheime boodschap, blijft dus nog wel even open.


Grand merci à Monsieur Daniel Dugès pour sa connaissance excellente de l'affaire Saunière et pour son aide en général.
Aussi un grand merci à Monsieur Christian Doumergue qui m'a prêté trois grandes photos des vitraux de l'église de Rennes-le-Château.
Je veux remercier aussi Monsieur Thierry Emmanuel Garnier qui m'a gentiment donné l'autorisation de paraphraser la partie au sujet d'ONIS parue dans le livre L'ABC de RLC à la page 517.

Quelques livres des auteurs:

           




Vorige Home